Hop, Humulus lupulus

betekenis & definitie

Humulus: men veronderstelt dat de naam uit het Duits is ontstaan en wel van humel. Een andere verklaring is dat het een verlatijnsing is van het Slavische chmeli = hop.
Lupulus: komt van lupus = wolf, omdat de plant zich om wilgen, elzen en hakhout slingert en deze als het ware als een wolf wurgt.
Hop: volgens Van Dale wordt bij de verklaring van het woord ‘hop’ een verband gelegd met het Middelnederlandse woord ‘hoppe’ voor de vrucht van het vlas.
Bijzonderheden:
• de plant is als geheel overblijvend, maar de meterslange stengels sterven af, waarna de plant het volgende seizoen weer van de grond af begint;
• de stengel voelt door knobbeltjes zeer ruw aan;
• al zeer vroeg moeten hopbellen, dat zijn de tot vrucht gekomen vrouwelijke bloeiwijzen, bij het bereiden van bier gebruikt zijn. De hop geeft aan het bier een bittere smaak, maar maakt het ook houdbaarder, want het verhindert de ontwikkeling van de melkzuurbacteriën Bij het kweken zorgt men er voor dat de mannelijke planten uit de buurt gehouden worden, zodat geen zaadvorming optreedt; het zaad benadeeld de smaak. Hoewel Hop en bier thans onafscheidelijk met elkaar zijn verbonden, is de hopcultuur van jongere datum dan het bierbrouwen en werd de plant aanvankelijk voor andere doeleinden gebruikt;
• de bittere geurstof uit de klieren van hopbellen is vanouds en ook nu nog gebruikt men het als kalmerend en maagversterkend geneesmiddel.