Woordenboek voor vrijmetselaren

W. de Grebber (1844)

Gepubliceerd op 22-09-2020

Munster

betekenis & definitie

MUNSTER, (De) afkomstig van het Latijnsche woord monasterium, een klooster; en dus zoo veel als kloosterkerk. Zoo heeft MELIS STOKE (B. II.)

Die Monster van Rensborch mede Dede si maken op van gronde, Die noch scone staet ter stonde.

Sommigen onderscheidden het ook van klooster, als in Florijs en Blanchefloerf 1 c.

Cloesters, Monstre en Gods huus Dede te storen die Coninc Fenus.

MAERLANT maakt het gelijk beteekenend met kerk.

ene kerke Te makene van dieren gewerke:

Die Monsterstont, willie u cont maken, Tote dattene die Romeyne braken.

De laatste schrijver gebruikt ook dit woord voor het Heilige der Heiligen in SALOMO'S Tempel, en noemt dan het Heilige de voormonster. Later werd het in den zin van hoofdkerk gebezigd, en werd vooral gebruikt van de hoofdkerk te Straatsburg, een van de oudste en schoonste gedenkteekenen dergothiesche bouwkunst, tot welke in 1015 de eerste steen werd gelegd. Nadat de bouw der kerk in 1275 voleindigd was, nam ERWIN VAN (uit) Steinbach, in het Badensch gebied, een beroemd bouwkundige uit dien tijd, den bouw van den daartoe behoorenden toren op zich, waarin hij na zijn' dood (16 Februarij 1318) opgevolgd werd door zijn' zoon JOHAN. Deze in 1338 overleden, werd opgevolgd door JOHANNES HULTZ van Keulen, die, bij zijn overlijden in 1365, den langdurigen bouw nog niet had voltooid, aangezien de voleindiging van dezen eerst op St Jansdag 1439 plaats had. Dr. DE WETTE, in zijne scherpzinnige Beschouwingen over de Straatsburgsche Munster (Erheiterungen, Jaarg. 1822, Aarau, klein 8o. bl. 141-166), noemt die een meesterstuk der kunst, de vrucht van stouten moed en gloeijend geloof, het gedenkstuk eens grooten vervlogen tijds, waarin zich grootheid met rijkdom en overvloed, het stoute met het vlugge, verhevenheid met vuur en bekoorlijkheid verbindt. (Men zie ook te dien opzigte Dr.STIEGLITZ, vonAltdeutscher Baukunst(Leipzig 1820, 4o, bl. 127 volg.) De toren is 445 voeten hoog, en wordt voor den hoogsten op den geheelen aardbol gehouden.

Over de Hoofd-Bouwhut, die bij den bouw der Munster bestond, en uit welker inrigting men tot de verklaring kan geraken van de voornaamste beelden, gebruiken en inrigtingen der hedendaagsche Vrijmetselaars-Broederschap, zie de Art. KORPORATIE en MIDDELEEUWSCHE BOUWKUNDE, en de Kunst-Urkunden van KRAUSE, Deel I. afd. 2. bl. 361, en D. II. afd. 2. bl. 233-251.

< >