Woordenboek voor vrijmetselaren

W. de Grebber (1844)

Gepubliceerd op 22-09-2020

Mason en Masoney

betekenis & definitie

MASON en MASONEY. Benamingen, welke sedert 20 jaren, door de beste Maç.: schrijvers van Duitschland, in plaats van Vrijmetselaar en Vrijmetselarij gebruikt wierden. Deze zijn Engelsche woorden, en beteekenen eigenlijk, naar den zin der oudste oorkonden, Meetkundige en Meetkunst. Dat het woord Mason, volgens den geest van alle Europesche talen, als ook van de Persische, een verstandig, ervaren kunstenaar in het algemeen beteekent, hiervan zijn nog in verscheidene talen, vooral in de Duitsche, overblijfselen, daar men in het woord maat, nog den wortel er van ontdekt. De Engelsche Freemasons onderscheidden zich daardoor (in KRAUSE'S werk vindt men het uitvoerig), van de wezenlijke Werkmetselaars (Bricklayers or Brickmasons), zoo zelfs, dat de Straatsburgsche Masons, als bouwkundigen en steenhouwers, de eenvoudige Metselaars niet als zoodanig wilden erkennen.

Het woord Mason is dus het eenige, dat geschiedkundig echt is overgeleverd, en dat aan de geschiedkundige beteekenis en eigenaardigheid van het Mason-verbond herinnert. Het schijnt dus het beste woord te zijn, om aan te duiden wat men VA MA noemt. Wanneer nu hieruit blijkt, dat de namen Maçon en Maçonnerie, enz. in plaats van Mason en Masoney onjuist zijn, dan ware het voor het tegenwoordige, vooral in gedichten en redevoeringen, beter, om in plaats van Maçon en Maçonnerie, de oude woorden Mason en Masonij, te gebruiken.

< >