Woordenboek voor vrijmetselaren

W. de Grebber (1844)

Gepubliceerd op 22-09-2020

Hoofddoel

betekenis & definitie

HOOFDDOEL. (Het) Van alle beschaving en onderrigt der jeugd behoort het hoofddoel te zijn, den mensch, dat is, de edeler natuur der menschen met al hare krachten en vermogens te vormen. Heden ten dage is echter dikwerf het eenigste en hoogste doel der menigte, volkomene vorming tot burgerlijke en gezellige zamenleving. Een aantal lieden bedenkt eerst laat, of slechts zelden, wat eischen hunne waarde als mensch op hen heeft, en gaat de wereld op die wijze voort, dan zouden wij wel eene schare van voortreffelijke geleerden, kunstenaars en werklieden krijgen, doch slechts zeer weinig waarlijk groote en voortreffelijke menschen kunnen tellen. Voor dit laatste te zorgen, is en blijft echter de groote taak der Vrijmetselarij; daarheen strekt het doel van hare instelling, het verkrijgen harer verschillende graden, gelijk de zooveel mogelijk volkomene toepassing derzelve bij hare jongere leden, de kroon harer werkzaamheid in het inwendige uitmaakt. Daar, waar alle andere instellingen de vorming en opvoeding der menschen voor gesloten en voltooid verklaren, begint de hoogere opkweeking der Vrijmetselarij.

< >