Woordenboek vreemde woorden

A. Kolsteren en Ewoud Sanders (1994)

Gepubliceerd op 09-03-2021

Triduüm

betekenis & definitie

[Lat. triduum (spatium) = tijdruimte van drie dagen, van tri- = drie, en dies = dag] (rk) bep. driedaagse reeks van godsdienstoefeningen o.l.v. een priester; Triduum sacrum, de drie dagen vóór Paaszondag, nl. Witte Donderdag, Goede Vrijdag en Paaszaterdag, waarop het lijden, sterven en de grafrust van Christus worden herdacht.

< >