[Fr. polaire, van MLat polaris, van Lat. polus = pool, van Gr. polos = draaipunt] [i]bn
[/i]1 polen (zie pool 1) bezittend;
2 gericht naar tegenovergestelde kanten;
3 bij een pool (zie pool 1) aanwezig of vandaar afkomstig (bijv. -e lucht, lucht die een poolgebied als bron heeft);
4 d.m.v. elektrische polen (bijv.: -e binding);
5 op een pool of polen betrekking hebbend.