[Gr. nustagmos = het knikken, van nustazein = knikken] oogsidderen, kleine onwillekeurige periodieke bewegingen van de oogbol als gevolg van bep. oogaandoeningen. Vroeger kwam nystagmus voor als beroepsziekte bij mijnwerkers, misschien veroorzaakt door vergiftigingsverschijnselen
in de hersenstam. In de oogheelkunde is het opwekken van nystagmus een methode om de functie van het evenwichtsorgaan te onderzoeken (nystagmografie).