Woordenboek vreemde woorden

A. Kolsteren en Ewoud Sanders (1994)

Gepubliceerd op 09-03-2021

Jaloezie

betekenis & definitie

[Fr. jalousie, van OFr. gelosi, van Lat. zelosus, van zelus, Gr. zèlos= ijverzucht]

1 afgunst, naijver;

2 eig.: tralievenster van Oosters gebouw om inkijken uit afgunst te beletten; zonneblind; verstelbaar en optrekbaar latwerk voor ramen om zon te weren.

< >