1 (alg.) tussenkomst, inmenging;
2 (nat.) wederkerige inwerking op elkaar van gelijktijdig optredende bewegingen, spec. van trillingen of golven die elkaar versterken of verzwakken;
3 (taalk.) een invloed van de ene taal op de andere die fouten veroorzaakt (bijv.: de invloed van het Duits op het Ned. heeft germanismen ten gevolge);
4 ( virologie) het verschijnsel dat het ene virus een andere virusstam verdringt of voorkomt dat deze infectie veroorzaakt.