[Fr. fournir, van Germ. frumjan, OHDu. frummen = vooruitdrijven; vgl. Eng. to furnish]
1. leveren, verschaffen, voorzien van; spec. geld, kapitaal verschaffen, storten; volgefourneerde aandelen, volgestorte aandelen;
2. bijbetalen; (eertijds) een lot in de staatsloterij fourneren, bij een klassikaal lot zoveel bijbetalen dat het geldig werd voor de volgende klasse; doorgefourneerd lot, lot dat door bijbetaling voor alle klassen van de staatsloterij geldig was;
3. (jur.) óverleggen (bewijsstukken, dossiers);
4. (schrijnwerkerij) fineren.