m
Fri. naam. Volgens Winkler ‘vergriekst’ uit Timen, Timan. Het hoeft echter geen vergrieksing te zijn, aangezien het Oudfries an/on-wisseling kende. Daarnaast bestaat een nieuwtest. naam Timon, een van de zeven armverzorgers vermeld in Hand 6,5. Deze zal wel samenhangen met Gri. timè ‘eeri. Vgl. ook Shakespeare's Timon of Athens’ (het verhaal van de Atheense misantroop Timoon).