Voornamenboek

Dr. Johannes van der Schaar (1964)

Gepubliceerd op 19-12-2020

Silvester

betekenis & definitie

m

Van Lat. silvestris 'van, uit het woud', 'landelijk'. Heiligennaam: paus Silvester I (314-335). Kerk. feestdag: 31 dec. (Silvesterabend = Oudejaarsavond). Voorts: Silvester Guzzolini, geb. in Osimo (It.) ca. 1177, kluizenaar, stichter van een klooster op de Monte Fano bij Ancona en van de orde der silvestrijnen. Gest. 1267; kerk. feestdag: 26 nov. De naam is in Zuid-Ndl. sinds de 15e eeuw in gebruik, in Noord-Ndl. sinds de 17e eeuw. De naam Silvester komt bijv. voor in Overasselt, omdat de eerstgenoemde heilige daar vroeger een apart altaar had in de r.k. kerk.

< >