m
Tweestammige Germ. naam waarvan het eerste lid een volksnaam is: de Goten (vgl. Gosbert). Het tweede lid is Vriend' (zie -win-). In de middeleeuwen in ons land een vrij veel voorkomende naam, bijv. bisschop Gozewijn van Utrecht (1249-’50). Ook vermeld door Vondel in zijn ‘Gijsbrecht’.