Benaming voor 'Meeuw die zich aan de zeekust ophoudt'. De meest karakteristieke is de Zilvermeeuw, voor welke soort B&TS de naam van het lemma als volksnaam opgeven.
Houttuyn 1763 noemt de term "Zee-Meeuwen" in de marge van p.144 (én in zijn Bladwyzer), maar definieert verder niet. Schlegel 1858 zet de "Zeemeeuwen" tegenover de "Kapmeeuwen".E Sea Gull (1542) wordt door Lockwood 1993 "tautological for GULL" genoemd, m.a.w. alle engelse Meeuwen houden zich altijd op of nabij de zee op.