Gepubliceerd op 16-11-2020

Waarüle

betekenis & definitie

Friese naam voor de Steenuil, maar ook wel voor de Kerkuil [De Vries 1911-1912 en 1928 Waer-ul(e); ViF 1977 p.871 Waerüle; Zantema 1992 p.1155 Waarüle]. De uitleg die B&TS 1995 geven bij deze naam is ws. ingegeven door de bijbetekenis van waarüle, nl. "(6) iemand die weer en wind trotseert".

Er behoort zelfs een ww. bij: waarülje ='bij nacht en ontij op pad zijn'. Er is nog een andere betekenis van waar-üle, nl. die van "(5) spook/tovenares dat/die bij nacht en ontij rondzwerft [rondwaart]" [Zantema]. Deze betekenis ligt aan de basis van de vogelnaam! Zowel Steenals Kerkuil worden door het bijgeloof beschouwd als waargeesten =rondwarende geesten van gestorven mensen (zie ook sub Bosuil en Ruigpootuil). Ditws. vanwege hun nachtelijke leefwijze, hun muisstille vlucht en hun 'ijselijk' geschreeuw (of 'gezucht' in het geval van de Kerkuil). Uilen zullen over het algemeen niet speciaal bij slecht weer op jacht gaan. Zij zullen integendeel vooral op mooie zomeravonden door de mensen zijn opgemerkt. De bijbetekenis (6) als voren omschreven, zal door een onjuiste interpretatie van het woorddeel waar(<fries waer-) zijn ontstaan.ETYMOLOGIE fries waarje/ N waren grondwaren): <N waren (='wandelen' bij Kiliaan [NEW]) <mnl *waderen (?= zwerven).

NEW 1992 vergelijkt met D wallen (=D Wallfahrt machen = N een pelgrimstocht maken) en niet met D wandern ( = 'rondtrekken' (vgl. D Wanderfalke 'Slechtvalk').

< >