Gepubliceerd op 16-11-2020

Mourik Maurik

betekenis & definitie

Volksnaam voor de Kneu in Zevenaar (1938; Schaars 1989), Groesbeek, de Peel en Limburg. Ook Mauwerik, Heimourik (Land van Cuyk [Albarda 1897]), Haejmawwerik, Haajmaawerek (Tilburg [Wilms 960812]) en Meertje (in Limburg en BL) [Albarda 1897; B&TS 1995; Weijnen 1996; Meertens 1971].

ETYMOLOGIE N Meauwerken komt voor bij Plantijn 1573 en Mauricken en Mauwerken bij Kiliaan [Meertens 1971 p.112]; ?<N meauwen [VK c.1618] <mnl mauwen, maeuwen 'miauwen, mauwen, janken, zijn mond roeren, kwaadspreken'. Dit ww. zal ongetwijfeld bij het gebruik van de vogelnaam bij de mensen zijn opgekomen. Het is echter niet zeker, of dit ook de primaire betekenis is. De zang van de Kneu wordt soms als lieflijk, soms als vervelend ervaren (zie daarvoor sub Kneu).

Meertens 1971 oppert (p.117) dat verwarring met Marik (=Vlaamse Gaai) is opgetreden. Dit is echter minder ws. De naam Marik heeft nl. maar een klein verspreidingsgebied, terwijl dat van de onderhavige namen erg groot is, tot in Duitsland toe. Formeel staat de w in Meauwerken in de weg. De Vlaamse Gaai is veel groter dan de Kneu, en bij de mensen erg bekend. Dus ligt verwarring met de Kneu niet zo voor de hand. Bovendien is bij de verschillende spellingen nu juist de spellingsvariant ‘Marik' niet aanwezig voor de Kneunaam.

Meertens scheidt de naam Meertje van de namen 'Maurik'. Wilms (960823,6) doet dat ook, en oppert dat deze naam aansluit bij de D namen Artsche, Ertsche, Artje en Ertseke (voor de Kneu). Deze gaan volgens Suolahti 1909 (p.120) terug op mnd Yrsz(ke) en dit weer op tsjechisch Jiiik 'Kneu'. Jince 'Kneu' en JiriCka ‘Huiszwaluw' zijn beide vogelsoorten die kwetteren (knisteren), dus zullen de tsjechische namen wel onomatopeeën zijn. Formeel is hier de mals beginletter een probleem.

Onwaarschijnlijk is <mnl *murik. Dit woord geeft thans nog de naam van een veel voorkomend kruid aan, welk als vogelvoer een grote faam had/heeft: Muur, Stellaria media Vill., ook Muurt en Vogelmuur genaamd (Kleijn 1979), en in sommige dialecten Moer (>F mouron). De vogelnaam heeft er ws. niet mee te maken, al is het wel zo dat de Kneu van dit gewas eet. In Rijnland heet de plant plaatselijk Mehre, Meer of Mer. Hiermee zou de limburgse naam Meertje kunnen corresponderen. Ook D Meierich is een lokale naam voor de plant.

TOPONIEMEN De plaatsnaam Maurik (<Maldericke (997)) heeft niets met de vogelnaam te maken.

< >