Gepubliceerd op 16-11-2020

Mose-koe

betekenis & definitie

(Saksische) benaming voor de Roerdomp, genoemd in de VK (c.1618). Mosestaat voor 'moerassige plaats'.

Kiliaan noemt nl. het bnw. mosigh en vertaalt met Lat lutosus 'slikkig' en paludosus 'moerassig'. {De 'Moost' is nog de naam van een deel van de Grote Peel in NoordBrabant en Limburg; moos heeft zich in sommige dialecten ontwikkeld tot de betekenis 'bijkeuken' (plaats waar het afwaswater langs gaat).} Koe verwijst naar het diepe geloei van de Roerdomp, gelijkend op dat van een Koe. Kiliaan noemt tevens "Ardea...gaudens", "ger. mofiku.", "sax. moskoh" en "J. Butoor" als behorend bij het trefwoord. [J. =juxta, idem]. Naar betekenis gelijk zijn de namen fries Mar(re)bolle ← en achterhoeks Vaenebolle ← in Winterswijk [Schaars 1989]. Zie ook Butoor.

< >