Gepubliceerd op 16-11-2020

Kleine Mantelmeeuw

betekenis & definitie

Larus graellsii Brehm 1857 (Vroeger: Larus fuscus Linnaeus 1758). Dit is de kleinere tegenhanger van de bij ons talrijk als wintergast voorkomende Grote Mantelmeeuw.

De Kleine Mantelmeeuw is als broedvogel een talrijke soort in ons land (geworden). De oude D naam luidt: Kleine Mantelmöwe. Misschien is de N naam uit het D overgenomen {De huidige D naam voor deze soort luidt Heringsmöwe (letterlijk: 'Haring-meeuw'), welke naam vroeger in het D gebruikt werd voor de Grote Burgemeester.} Zie ook sub Mantelmeeuw, Baltische Mantelmeeuw, Britsche Kleine Mantelmeeuw, Scandinaafsche Kleine Mantelmeeuw en Grote Mantelmeeuw.BENOEMINGSGESCHIEDENIS Schlegel 1852 gebruikt de naam als in het lemma (maar cursief, wat duidt op 'onwennigheid').

Houttuyn 1763 gebruikte de namen Kok-Meeuw of Burgemeester voor de onderhavige soort, evenals B&O 1822.

< >