Officiële friese naam voor de Dwerggans ← [Boersma 1972]. De naam betekent letterlijk ‘goudoogje'; dit slaat op de smalle gelige oogrand die de soort onderscheidt van zijn iets grotere verwant, de Kolgans.
De Vries 1928 noemt geen andere friese namen dan Lytse Goes en Lytse Kolgoes, en ViF 1976 noemt ook nog Lytse Blesgoes. De Dwerggans is in de Lage Landen zeldzaam, maar juist in Friesland, waar 's winters veel Ganzen huizen, is de kans op een ontmoeting met het Goud-eachje het grootst. In het veld is de gele oogrand echter heel moeilijk te zien; jagers die de soort met opzet (of per ongeluk) schieten, kunnen deze aan de gewonde vogel in de hand wel vaststellen. Het zou wrang zijn, als de huidige officiële friese naam voor deze bedreigde soort uiteindelijk uit jagerskringen afkomstig zou blijken te zijn. De andere mogelijkheid is dat friese vogelbeschermers de naam verzonnen hebben.