Voedings en Genotsmiddelen

dr. M. Wagenaar (1938)

Gepubliceerd op 26-01-2019

Mineraalwater (radioactieve eigenschappen)

betekenis & definitie

Mineraalwater (radioactieve eigenschappen) - Reeds lang geleden had men opgemerkt, dat verschillende mineralen, delfstoffen en ook het natuurlijk mineraalwater, vaak stralen uitzenden, die een vreemde kracht kunnen ontwikkelen. Dikwijls gaat dit gepaard met een eigenaardige fluorescentie, zooals wij dit bijv. allen kennen bij de petroleum. Dit fluoresceeren is dus blijkbaar een speciale eigenschap van verbindingen, die uit diepe aardlagen opkomen. Een bepaald soort delfstof, pechblende genaamd, een uraniumerts, vertoonde dit verschijnsel zeer sterk en door de vernuftige pogingen van het echtpaar Curie, werd uit dit erts, een metaal afgezonderd, dat de eigenschap van dergelijke stralen uit te zenden in hooge mate had en dat door hen „radium” (straler) genoemd werd.

De stralen, die door dit element voortdurend uitgezonden worden, kunnen weer in 3 soorten onderscheiden worden, die naar de eerste drie letters van het Grieksche alphabet: alpha, bèta en gamma stralen genoemd werden. Deze hebben allen zeer groot penetreerend vermogen. Behalve deze stralen werd er door het element nog een raadselachtige stof uitgezonden „de emanatie"; deze zette zich blijkbaar om in helium, een der edelgassen uit den dampkring. Stoffen, die met het radium of radiumhoudend erts in aanraking kwamen, kregen daardoor het vermogen deze emanatie eveneens uit te stralen. Het uitstralen van deze emanatie nu is een eigenschap van sommige mineraalwatersoorten. Hoogstwaarschijnlijk zijn ze in diepe aardlagen in aanraking geweest met radiumhoudende ertsen of radiumzouten en hebben door dit contact de radioactieve eigenschappen gekregen, die ze ten toon spreiden, zoodra ze aan de oppervlakte komen. In elk geval blijkt dit fluïdum, hetwelk dus blijkbaar een overgang is tusschen radium en helium buitengewoon werkzaam te zijn. Behalve radioactief mineraalwater kent men dan ook radioactieve modder, gruis, gesteente, olie enz.

Deze radioactieve producten worden in de therapie meerdere malen gebruikt. Wanneer wij dus dergelijk radioactief mineraalwater drinken, brengen wij in ons lichaam een bepaalde hoeveelheid van deze emanatie, die zich ten slotte in helium omzet. Dergelijke stralen zijn buitengewoon actief en hebben op tal van levensprocessen een zeer merkbaren invloed. Dit is dus een specifieke eigenschap van het natuurlijk mineraalwater. Het kunstmatige mineraalwater mist deze eigenschap, tenzij op een of andere wijze ook deze emanatie aangebracht wordt.

Het meten geschiedt met behulp van een electroscoop, welke door de straling in een bepaalden tijd ontladen wordt: zoodoende kan men de radioactieve eigenschappen van een bepaalde mineraalwatersoort meten. Men drukt den radioactieven kracht in een bepaalde maat uit. De emanatie heeft, evenals radium zelve en alle radioactieve stoffen, de eigenschap de lucht geleidend te maken voor electriciteit. De geleidbaarheid voor electriciteit, dus het verlies van het isoleerend vermogen, is nu een geschikte maat om de intensiteit van de radiostraling te meten. Men kan de emanatie uit het natuurlijk mineraalwater ook verdrijven, zooals men bijv. het koolzuur daaruit verwijderen kan.

< >