Vlaams-Nederlands woordenboek

Peter Bakema (2003)

Gepubliceerd op 26-08-2022

pint

betekenis & definitie

(de, -en), pintje (het, -s) (drink)glas, glas bier, pilsje.

- een pint(je) pakken, een biertje drinken.

Ik ga er zeker last van hebben want ik werk aan de ene kant van de boulevard en ik ga 's avonds een pint pakken met de collega's van de andere kant. En ik ben niet van plan om dat laatste drie en een halfjaar te missen. - DM, 05-08-2002.

- een pint(je) te veel op/uithebben, aangeschoten zijn.

Op de Koxberg in Huldenberg miste een bestuurder zondagmiddag een bocht. Ronny P. en passagier Kenny P. kwamen tot stilstand tegen een elektriciteitspaal. De bestuurder had een pintje teveel op. - HV, 26-11-2002.

zie pot.

< >