Vlaams-Nederlands woordenboek

Peter Bakema (2003)

Gepubliceerd op 26-08-2022

kursaal

betekenis & definitie

(het & de, -salen) <bnl.> kurhaus <nl.>

In het Oostendse casino-kursaal hebben zaterdagavond naar schatting 6.000 mensen de laatste avond van het kursaal bijgewoond. Het kursaal-gedeelte gaat anderhalf jaar dicht voor ingrijpende renovatiewerken die het gebouw een andere look en bestemming zullen geven. - GvA, 01-09-2002.

< >