bij de Ouden Rha en Oaros, de hoofdrivier van Rusland en de grootste van Europa, ontspringt ongeveer 335 km. van de Golf van Finland, onder 57° 10 N.B., in het gouv. Twer, op het Waldaiplateau, nabij het dorp Wolgino-Werchowje, 203 meter boven het niveau van genoemde Golf.
Het aanvankelijk onbeduidende beekje loopt langs en door een groot aantal meren (Kleine Werchit, Groote Werchit, Stersh, waarin ook de Runa uitloopt, w7elke vaak als oorsprong van de W. beschouwd wordt, Wesselug, Peno en Wolgo; beneden dit laatste de groote sluizen van de Boven-Wolga). In z.o. richting haar loop voortzettend, betreedt zij bij Subzow het laagland, waar zij langs Twer, Rybinsk, Jaroslawl, Kostroma, Nishni-Nowgorod (waar zij de Oka opneemt) en Kasan stroomt; niet ver van laatstgenoemde plaats wendt zij zich plotseling zuidwaarts, en gaat, door de Karna versterkt, naar Simbirsk. Beneden deze stad stuit zij eerst op de Shegulew- en vervolgens op de Sokoljibergen (waardoor haar loop hier zeer bochtig is), en stroomt daarna in westelijke richting naar Samara en Saratow. Van Kamysehin af neemt zij geen zijrivieren meer op. Bij Sarepta maakt zij een scherpe bocht naar het z.o., vervolgt nu haar loop door uitgestrekte zoutsteppen, begint bij Zarizyn zich te splitsen in verscheidene armen (waarvan de 524 km. lange Achtuba de voorn, is), en valt 53 km. beneden Astrakan met 2 hoofden vele bij-armen, die een groote delta insluiten, in de Kaspische zee. De hoofdarmen zijn de Kleine en de Groote Tsjoelpan.
De rivier is 3689 km. lang. Zij heeft 38 bevaarbare en 157 andere zijrivieren en haar stroomgebied, 1.458.900 km.2 groot, strekt zich uit over 20 gouvernementen. Bij Twer is zij 200 m. breed, beneden Saratow 4200 m., bij Zarizyn 8000 m. Voorn, zijrivieren: links de Twerza, Mologa, Scheksna, Kostroma, Unsha, Wetluga, Karna; rechts de Oka, Sura, Swijaga en Sarpa. Bij Twer is de W. 222 dagen vrij van ijs, bij Astrakan 254 dagen. De ijsgang is elk jaar zeer sterk.
Eigenlijke stroomversnellingen heeft de W. niet, wel echter een groot aantal zandbanken en ondiepe plaatsen. De W. is over 3567 km. bevaarbaar (van de Kaspische zee tot aan den mond der Selisharowka, van Twer af voor stoomschepen). Haar voorn, haven is Rybinsk. Drie kanaalstelsels, het Wysjne-Wolozsche, het Tichwinsche en het Maria-kanaalstelsel, stellen haar in verbinding met Petersburg en door het kanaal Hertog van WürHemberg staat zij in gemeenschap met de Dwina, zoodat de W. het middelpunt is van een uitgebreid stelsel van waterwegen tusschen de Kaspische zee, Oostzee en Witte zee. De gemeenschap met de Zwarte zee wordt onderhouden door spoorwegen. De bovenloop van de W. is nog door de gekanaliseerde Sestra verbonden met de Moskwa. De W. is uitermate vischrijk (steuren, meervallen, karpers, haring enz.).