(de eerste der heeren, later baanderheer en, van de zeeuwsche heerlijkheid Haamstede of) buitenechtelijke zoon van graaf Floris V van Holland (bij een dochter van Jan VII, heer van Heusden), veroverde voor den opvolger zijns vaders, Jan I (zijn natuurlijken broeder) geheel Schouwen, Walcheren en Zuid-Beveland, en bevrijdde in 1304, door zijn overwinning aan het Manpad bij Haarlem, Holland uit de macht der Vlamingen, die in weinige weken zich over het geheele gewest verspreid en de meeste steden vermeesterd hadden. Hij gedroeg zich jegens zijn zwakken halfbroeder zeer onbaatzuchtig en eerbiedigde diens rechten.
Vonders schets van Witte in den Gijsbrecht van Amstel is onhistorisch. Datums van geboorte en overlijden van Witte zijn niet met zekerheid bekend. Zijn nakomelingen bleven tot 1455 bezitters van de heerlijkheid Haamstede.