amerikaansch generaal, in 1820 te Lancaster in den staat Ohio geb. In den burgeroorlog aanvaardde hij 1861 het opperbevel, doch moest dit wegens ziekte spoedig nederleggen.
Maart 1862 trad hij weder in dienst. Toen Grant in 1864 als opperbevelhebber naar het oosten ging om het Potomac-leger tegen Eichmond aan te voeren, kreeg S. het commando over het geheele Mississippi-departement, met het bevel om gelijktijdig, van Ghattanooga uit, tot Atlanta in Georgië, de hoofdwapenplaats der vijanden in het binnenland, door te dringen. 10 Juli verscheen hij voor Atlanta en nam deze plaats na drie bloedige slagen 1 Sept. in, waarop hij den vijand westwaarts naar Alabama dreef. Vervolgens begon hij van Atlanta uit, 16 Nov., zijn grooten „rnarsch naar de zee”, verwoestte de rijkste en door den oorlog nog niet bereikte streken van Georgië, totdat hij 13 Dee. de zeekusten in de nabijheid van Savannah bereikte. Van hier uit ging hij noordwaarts om zich met het leger van Grant voor Eichmond te vereenigen. Na meerdere gevechten bereikte hij Fayetteville en sloeg 16 Maart generaal Harden bij Averysboro. Drie dagen later behaalde hij de overwinning in een hoofdslag bij Beatonvide op zijn ouden tegenstander Johnston. In vereeniging met Schofield en Jerry drong hij tot Ealeigh door, dat hij 13 April, na nogmaals een overwinning op Johnston behaald te hebben, innam. Intusschen was de zaak der geconfedereerden door de overgave van Lee hopeloos geworden. Johnston wilde daarom 17 April een wapenstilstand sluiten, die door S. aangenomen, doch door de regeering te Washington verworpen werd. Johnston gaf zich nu op 26 April onder dezelfde voorwaarden over, waarop Lee zich aan Grant had overgegeven. Na den oorlog kreeg S. het commando over het militaire departement van het Westen; 1860'—83 was hij generalissimus; hij overl. 1891 te New-York. Memoirs (2de dr., 2 dln. 1889). Biographie van Headley (1865) en W. Sherman (1891).Zijn broeder, John S., 1810—1900, staatsman, was 1877—80 min. van financiën, 1885 —4$ vice-president der Unie, 1897—98 staatssecretaris. Becollections (1895, 2 dln.).