Gepubliceerd op 23-02-2021

Willem jakob herreyns

betekenis & definitie

vlaamsch historieschilder, geb. 10 Juni 1743 te Antwerpen, werd reeds in 1766 hoogleeraar in meet- en doorzichtkunde aan de teekenacademie aldaar, werd in 1767 naar Mechelen beroepen, om teekeningen te maken van eenige belangrijke gebeurtenissen uit de zuid-nederlandsche geschiedenis, vestigde zich blijvend in deze stad, richtte er in 1771 een academie van beeldende kunsten op, werd directeur daarvan, keerde 1798 nadr zijn geboorteplaats terug, om zijn functie aan de academie aldaar te hervatten, en overl. 10 Aug. 1827. H. schilderde tal van groote historische en bijbelsche werken, meest voor kerken en openbare gebouwen; een der laatste daarvan is „De Emmaüsgangers”, in de kapel van het h.

Sacrament der hoofdkerk te Antwerpen. Vermaard is ook zijn „Hemelvaart van Maria”, in een oude abdij bij Leuven. H. is nevens A. Lens de voorbereider van de herleving der kunst in België geweest.

< >