Duitsch oudheidvorscher, geb. 22 Mei 1790 te Koningsbergen, bekleedde eerst eenige diplomatieke betrekkingen, wijdde zich na 1817 aan de archeologie, en overl. 16 Dec. 1846 te Halle; van zijn geschriften zijn te noemen: Opferstätten und Grabhügel der Germanen und Römer am Rhein (Wiesb. 18.9 —21 1826), Denkmale german. und röm. Zeit in den rhein-westfäl. Provinzen (2 dln., Stuttg. 1823 —27), Denkmäler alter Sprache und Kunst (1823—27), Etrurien und der Orient (Heidelb. 1829), Voxjage archéologigue dans Vancienne Etrurie (Bar. 1829), Faksimile und Handschriften (Berl. 1836—38), Erlebtes aus den J. 1813—20 (Lpz. 1843), Erlebtes aus den J. 1790—1827 (1845), Briefe preusz. Staatsmänner (1843), Denkschriften und Briefe (anoniem, 5 dln. Berl. 1838-40). '
Inloggen
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Favorieten
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen:
- Je eigen Ensie account
- Direct toegang tot alle zoekresultaten
- Volledige advertentievrije website
- Gratis boek cadeau als welkomstgeschenk