amerikaansch schrijver, geb. 3 April 1783 te New-York, stueerde in de rechten en ondernam in 1804 een rondreis door Europa, die hem zijn gekrenkte gezondheid teruggaf. Met zijn broeders richtte hij een handelszaak op, welke echter te niet ging.
Hij bezocht nu wederom een gedeelte van zuidelijk Europa en vertoefde vier jaren in Spanje, waar hij op het Escuriaal de geschriften en manuscripten omtrent de ontdekking van Amerika bestudeerde. De vruchten dezer onderzoekingen waren: History of the life and voyages of Christopher Columhus (4 dln., 1828—30) en Voyages and discoveries of the companions of Columhus (Lond. 1831). Na zijn terugkeer uit Spanje, waar hij ook nog stof verzameld had voor zijn Chroniele of the conquest of Granada (2 dln., Lond. 1829), werd hij secretaris bij het amerikaansch gezantschap te Londen, waar hij zijn Alhamhra (2 dln., Lond. 1832) schreef. In 1832 naar Amerika teruggekeerd, bereisde hij de westelijke staten van de Mississippi en werd in 1841 gezant bij het spaansche hof. Hij zette daar zijn historische onderzoekingen voort, wier verdere resultaten hij nederlegde in zijn History of Mahomet and his successors (2 dln., Lond. 1850), enz. Zijn laatste werk was Life of George Washington (6 dln., New-York 1855—59).
Hij overl. 28 Nov. 1859. Onder zijn vele andere werken vonden zijn History of New-York (New-York 1809), Sketch-book of Geoffrey Crayon (2 dln., Lond. 1820) en Oliver Goldsmith, a hiography (ald. 1849) een grooten kring van lezers. De beste uitgave zijner volledige werken is die in 27 dln. (New-York 1884—86).