in het volksgeloof van de slawische en grieksche bevolking van het Balkanschiereiland en sommige streken v. Duitschland de geest eens afgestorvenen, die in den nacht het graf verlaat, levenden het bloed uitzuigt en hen zoodoende doodt.
De V. zijn veelal familieleden die op deze wijze de levenden tot zich willen brengen. Om zich tegen de V. te verdedigen bezigt men verschillende middelen als het bedekken van den mond e. a. en onthoudt men zich niet van lijkenschennis als het afhouwen van het hoofd van een opgegraven lijk e. d. De V.-sage is door verschillende schrijvers en dichters behandeld (o. a. Göthe en Byron) en leverde stof voor vele opera’s en balletten.