Gepubliceerd op 14-03-2021

Tribuun

betekenis & definitie

lat. tribunus, oorspronkelijk benaming voor de stafofficieren van het rom. : leger; tribuni militum (krijgstribunen) voor het voetvolk, tribuni celerum voor de ruiterij; in ; de republiek bleven alleen de krijgstribunen ; bestaan; in den keizertijd commandeerden de tribunen niet meer zelf een legioen, doch stonden onder een legaat.

Behalve de krijgstribunen waren er nog Tribuni aerarii, die met de betaling der soldij aan de troepen belast waren.

Van de hoogste beteekenis voor de geschiedenis der staatsregeling van de rom. republiek waren eindelijk de volkstribunen, Tribuni plebis, welk ambt 494 v. Chr. werd ingesteld; zie Volkstribuun.

Ook in de eerste fransche republiek werd na de revolutie van 18 Brumaire (9 Nov. 1799) een tribunaat ingesteld. De eerste consul had het uitsluitende recht, wetsvoorstellen in te dienen; de wetgevende macht evenwel zou uitgeoefend worden door een wetgevend lichaam van 300 en een tribunaat van 100 leden, welke laatsten alleen over de voorstellen der regeering beraadslaagden. De leden van het tribunaat werden door den senaat gekozen uit een zg. nationale lijst; zij mochten ook voorstellen en wenschen aan de regeering kenbaar maken.

Na de oprichting van het keizerrijk werd het tribunaat 1804 belangrijk veranderd en zijn bevoegdheid verminderd, totdat Napoleon in 1807 ook den laatsten schijn van macht daaraan ontnam.

< >