uit Oeos, atheensch redenaar en staatsman, een speelbal der partijen, zonder zich vast bij een aan te sluiten. Het eerst nam hij een krachtig aandeel aan de openbare aangelegenheden in het jaar 411, om de democratie te doen vallen; doch weldra brak hij weder met de andere hoofden der nieuw verkozen oligarchie, liep tot de volkspartij over en trad zelfs als aanklager tegen de oligarchen op; vandaar dat hij na hun val zich zelf staande hield en hooge ambten bekleedde; zoo behoorde hij tot de strategen die in den zeeslag bij de Arginusen het bevel voerden.
Toen na den slag bij Aegos Potamos Lysander naar Athene trok, werd hij, door de oligarchen die het hoofd weder hadden opgestoken, afgezonden, om over den vrede te onderhandelen; en door opzettelijk en verraderlijk talmen deed hij de jammeren van het beleg tot zulk een hoogte stijgen, dat de Atheners zich alle voorwaarden moesten laten welgevallen. In overleg met Lysander veranderde hij nu den geheelen regeeringsvorm te Athene en werd een der 30 tyrannen. Daar hij niet wreed van aard was, keurde hij hun gruwelen en geweldenarijen openlijk en standvastig af. Hij werd daarom door Critias aangeklaagd als een vijand van den bestaanden regeeringsvorm, die den dood verdiende; T. verdedigde zich met groote welsprekendheid, zoodat de raad hem vrijsprak, doch Critias liet hem door gewapende manschappen naar de gevangenis slepen en ter dood brengen.
