sinds het einde der 7de eeuw naam van een gewest of gouw (pagus), die, ten z. door de Maas in haren toenmaligen loop van Taxandrië gescheiden, zich uitstrekte van Tiel ten o. waarschijnlijk tot Dordrecht en Vlaardingen. Deze gouw omvatte dus den Tieler- en den Bommelerwaard, de graafschappen Buren en Culemborg, het land van Vianen, het land van Arkel, het land van Altona, een gedeelte van het land van Heusden, en misschien ook den Alblasserwaard.
De keizers of kpningen, die het in bezit hadden, stelden er een of meer graven als bewindhebbers over aan; deze waren echter geen leenmannen en de titel graaf van T. heeft nooit bestaan. In de 10de eeuw werd dit landschap van lieverlede verbrokkeld «door erfmakingen, verdeelingen, schenkingen en verpandingen, totdat de naam in de 11de eeuw geheel verdween, ten minste wat de aloude gouw aangaat.De dichter Bilderdijk beweerde af te stammen van de graven van Teisterbant. Bilderen of bulderen is teisteren, en dijk is bant.