Gepubliceerd op 20-01-2021

Simon bolivar

betekenis & definitie

Bevrijder van Zuid-Amerika van de Spaansche heerschappij, geb. te Caracas, 24 Juli 1783, studeerde te Madrid in de rechten, bereisde daarna geheel Europa, bezocht op de terugreis naar Venezuela ook de Vereenigde Staten van Noord-Amerika en vatte hier het plan op te trachten zijn geboorteland van het Spaansche juk te bevrijden. Te Caracas gekomen verbond hij zich met de patriotten, en werd, toen in 1810 de strijd om onafhankelijkheid uitbrak, door de Junta naar Londen gezonden, vanwaar hij Sept. 1811 met een bezending wapens terugkeerde; hij streed nu onder Miranda, totdat hij, na de onderwerping van Venezuela door de Spanjaarden, naar het eiland Curajao een goed heenkomen moest zoeken.

Reeds in Sept. 1812 trad hij echter weder onder de insurgenten van N- Granada op, en was weldra de ziel van den bevrijdingsoorlog tegen Spanje. Na de verovering van Caracas, 4 Aug. 1813, werd hij door het leger der opgestanen als Libertador (Bevrijder) van Venezuela begroet; de door hem bijeengeroepen algemeene vergadering droeg hem 2 Jan. 1814 alle burgerlijke en militaire macht op. Bij La Puerta op 11 Juni 1814 door de Spanjaarden verslagen, ontkwam hij naar Tunja, waar het congres van Nieuwe-Granada hem het opperbevel opdroeg; hij bezette daarop Bogota en zuiverde de provincie Cundinamarca van spaansche troepen; toen echter in Maart 1815 generaal Morillo met nieuwe troepen landde, moest hij zich inschepen, 10 Mei, en naar Jamaica de wijk nemen. In Dec. 1816 begaf hij zich naar het eiland Margarita, verzamelde hier de voortvluchtige insurgenten, proclameerde de opheffing der slavernij, riep als wettig hoofd der republiek Venezuela een congres bijeen, regelde het inwendig bestuur, en streed in de beide eerstvolgende jaren met Paëz en Santander zoo gelukkig tegen Morillo, dat 15 Febr. 1819 een van Spanje geheel onafhankelijk regeeringslichaam (het congres van Angostura) kon worden gevormd, hetwelk hem tot president benoemde en hem onbepaalde macht toekende; hij trok nu naar NieuwGranada, en maakte ook hier, door de veldslagen bij Tunja en Bochia, aan de spaansche heerschappij een einde; 9 Sept. werd de vereeniging der staten Venezuela en Nieuw-Granada tot een enkele republiek onder den naam Columbia en met B. tot president afgekondigd. Nadat hij met Morillo op 26 Nov. 1820 den wapenstilstand van Truxillo had afgesloten, versloeg hij 24 Juni 1821 generaal La Torre bij Carabobo. Hetzelfde jaar als president van Columbia herkozen, voltooide hij door de overwinningen bij Junin en Ayacucho de bevrijding van Beneden- en Opper-Peru, welk laatste, naar hem Bolivia eheeten, hem in 1825 met het dictatorisch ewind bekleedde, dat hij in 1826 nederlegde, om opnieuw het presidentschap over de republiek Columbia te aanvaarden; dit verwekte veel ontevredenheid en een aantal saamgezworenen deed 25 Sept. 1828 een aanslag op zijn leven; de aanleggers werden met den kogel gestraft, vice-president Santander met 70 anderen verbannen. 17 Aug. 1827 had B. het presidentschap van Peru voor het leven aanvaard.

Daar hij voorts Bolivia een weinig republikeinsche grondwet (Code Boliviana) opdrong, in Columbia de vrijheid van drukpers onderdrukte, en de kloosterscholen heropende, werd hij van monarchistische plannen beschuldigd en Peru en Venezuela maakten zich van de Columbische unie los, tengevolge waarvan B. 27 April 1830 al zijn waardigheden nederlegde. Het congres van Bogota kende hem een jaargeld van 30.000 piasters toe. Weinig later stierf hij te Santa Marta, 10 Dec. 1830. In 1832 werd zijn stoffelijk overschot naar Caracas overgebracht, en werd hier een triomfboog voor hem opgericht.

< >