inrichting dienende om projectielen welke eene springlading bevatten, bij het aanslaan op den bodem of treffen van het doel, tot ontploffing te brengen. De S. bestaat meestal uit een holle metalen cylinder, uitwendig voorzien van schroefdraad, waarmede zij vóór in den kop van het projectiel wordt vastgezet.
Inwendig bevat de S. een z.g.n. „aanbeeldje”, zijnde een metalen cylinder, doorboord en aan de voorzijde voorzien van een stalen punt. Dit aanbeeldje wordt op de een of andere wijze in een vasten stand gehouden, eerst door den schok bij het afgaan van het schot komt het vrij te liggen. Ontmoet het projectiel nu eenen plotselingen weerstand, dan tracht het aanbeeldje in zijn voorwaartsche beweging te volharden; het vliegt naar voren en dringt met de punt in eene hoeveelheid slagsas, welke daardoor tot ontsteking wordt gebracht. De daarbij ontstane vlam s'aat door de doorboring van het aanbeeldje en ontsteekt de springlading van het projectie1. ^
