Gepubliceerd op 23-02-2021

Samuel koenig

betekenis & definitie

wiskundige, geb. te Budingen 1712, was hoogleeraar in de wijsbegeerte, daarna in de wiskunde te Franeker. Stadhouder Willem IV, die zijn verdiensten hoog waardeerde, 'benoemde hem in 1748 tot secretaris van zijn bibliotheek.

K., die 21 Juli 1757 overl., schreef o. a. : Dissertatio de vicorporum motorum (1738).

< >