britsch vlootvoogd, geb. 12 Oct. 1724, trad als scheepsjongen in zeedienst, was bij het uitbreken van den zevenjarigen oorlog reeds tot kapitein opgeklommen, onderscheidde zich in den oorlog met de amerikaansche koloniën en werd in 1780 tot admiraal verheven. In het Lagerhuis gekozen, verkreeg hij een groote populariteit door zijn vrijmoedige oppositie tegen de regeering, die hij evenwel verloor, toen hij in 1786 door de benoeming tot lord der admiraliteit zijn tegenstand liet afkoopen.
Bij het begin van den oorlog met de fransche republiek, kreeg hij het opperbevel in de Middellandsche zee en bemachtigde in 1793 Toulon. Door de energie van Napoleon Bonaparte moest hij deze haven verlaten, doch nam in het volgende jaar Corsica. Naar Engeland teruggekeerd, werd hij in 1796 met den titel viscount H. van Whitley gouverneur van het hospitaal te Greenwich. Hij overl. 27 Jan. 1816 te Bath.