Gepubliceerd op 23-02-2021

Robert gordon latham

betekenis & definitie

engelsch taalvorscher en ethnoloog, geb. 24 Maart 1812 te Billingborough (Lincoln), studeerde te Cambridge en werd door een reis naar Denemarken en Noorwegen 1823—33 er toe gebracht, zich vooral met de Scandinavische talen bezig te houden. Vruchten dezer studiën waren: Norway and the Norwegians (2 dln., Londen 1840) en zijn vertaling van Tegnér’s Axel (aid. 1839).

In 1839 werd hij professor der engelsche taal en letterkunde aan het University College te Londen, waarop hij The English language (2dln., Lond. 1841 en meerm.) schreef, welk werk in Engeland het eerst de historische ontwikkeling der taal voorstelde. Verder schreef hij: First outlines of logic, applied to grammar and etymology (Londen 1847) en History and etymology of the English language (aid. 1849 ; 2de dr. 1854). Zijn voornaamste ethnologisch werk is de Natural history of the varieties of man (aid. 1850), dat de eenheid van het menschelijk geslacht tracht te bewijzen. Voorts schreef hij: A handbook of the English language (Lond. 1851; 9de dr. 1875), The ethnology of Europe (aid. 1852), Varieties of the human species (aid. 1855), Nationalities of Europe (2 din., aid. 1863), Russian and Turk (aid. 1878); ook gaf hij een nieuwe bewerking van S. Johnson’s Dictionary of the English language (4 din., aid. 1864—74) uit. Hij overleed 9 Maart 1888 te Putney.

< >