Gepubliceerd op 14-03-2021

Pieter jelles troelstra

betekenis & definitie

geb. 1860 te Leeuwarden, studeerde te Groningen en promoveerde in 1888 aldaar tot doctor in de rechtswetenschap, op proefschrift: Art. 165 van het W. v. Strafv. en vestigde zich als advocaat te Leeuwarden.

Nadat hij herhaaldelijk in processen voor werkstakende arbeiders enz. was opgetreden, nam hij 1892 de redactie van „De Sneeker Courant” op zich, die 1 Jan. 1893 onder den naam van „De Nieuwe Tijd” naar Amsterdam werd verplaatst. In 1893 werd hij te Utrecht redacteur van ’t door hem opgerichte socialistisch blad „De Baanbreker”, welk blad na de oprichting der soc.-dem, arbeiderspartij onder den titel „De Sociaaldemocraat” het orgaan der partij werd. Van af April 1900 geeft deze partij het dagblad „Het Volk” uit, waarvan T. eenige jaren hoofdredacteur was. Van 1897—1801 werd hij door Tietjerksteradeel en van af 1902 door Amsterdam III (1905 herkozen) naar de Tweede Kamer afgevaardigd. T. schreef vele brochures, o. a, : Theorie en Beweging (1902), Sociaal Christendom (1902), De S. D.

A.
P., haar ontstaan, doel en streven (1898), De arbeidersvereenigingen volgens de Encycliek, enz. Ook artikelen in verschillende bladen en tijdschriften, gedeeltelijk in den bundel Y an Leed en Strijd verzameld. Bovendien gaf hij als student verscheidene werken in de friesche taal uit, o. a. het tooneelspel Oan de Sêdyk, de politieke brochures F y Lûtsen en N ei de Stoarm (1885), met O. H. Sytstra den dichtbundel It jonge Fryslân (1880), het Nij F'rysk Lieteboek (1885) en na zijne vestiging te Leeuwarden 1888—91 het tijdschrift „For hûs en hiem”.

< >