(hertog van) Fransch diplomaat, geb. 12 Jan. 1771, was bij het uitbreken der revolutie kapitein bij de kavalcrio, ging naar het buitenland, nam dienst bij het leger van Condé, streed in de Vendée, ging naar Vorona, waar Bodewijk XVIII zich toenmaals ophield en werd door deze als gezant naar Petersburg gezonden: hij volgde Bodewijk in 1800 naar Engeland. Jn 1814 werd hij huisen staatsminister en gehcim-secretaris des konings, en vele van de fouten en misslagen der regeering in do eerstvolgende periode komen op zijn rekening.
Na den slag hij Waterloo besloot, hij Frankrijk te verlaten, om do zaak van liet koningschap niet te schaden dooi' zijn impopulariteit, wegens zijn onverdraagzaamheid en absolutistische beginselen ; hij werd dientengevolge als gezant naar Napels gezonden, voerde daar do onderhandelingen die het huwelijk van den hertog van Berry met prinses Carolina'voorafgingen, had als gezant te Home (1817) een belangrijk aandeel aan het tot stand komen van led concordaat, keerde in 1820 naar Frankrijk terug, werd in 1821 hertog, ging weder als gezant eerst naar Home en later naar Napels, weigerde Louis Philippe den eed van trouw, volgde Karel X naar Holyrood, Praag en Gorz, woonde later hij den hertog van Angoïdêmo op het slot Kirchberg in Neder-Oostenrijk en stierf aldaar 17 Nov. 1830. Hij bezat te Parijs een belangrijke verzameling oudheden, vooral oostersche [leuningen.