fransch geschiedschrijver en politicus, geb. 26 Oct. 1828 te Chambéry in Savoye, studeerde te Parijs in de rechten, doch wijdde zich vervolgens aan literairen arbeid. In 1870 in de nationale vergadering gekozen, behoorde hij tegelijk tot het linker centrum en tot de republikeinsche linkerzijde.
Thiers benoemde hem tot fransch gezant te Bern. Na den val van Thiers nam L. ontslag (24 Mei 1873), werd 1875 tot lid van den senaat voor het leven benoemd en overl. 15 Nov. 1877 te Pau. In 1855 verscheen van hem L’Eglise et les philosophes au XVJIle siècle (2de dr., Parijs 1857), 1858 Essai sur la Révolution française, 1860 Histoire politique des papes (nieuwe dr. 1880), en de sociale roman Lettres d’Everard (nieuwe dr. 1878), 1863 Etudes et portraits politiques (2de dr. 1865) enz. Zijn hoofdwerk is de Histoire de Napoléon 1er (5 dln., 1867—75, tot aan den russischen veldtocht), waarin L., op deugdelijk materiaal steunend, met scherpe critiek de z.g. napoleontische legende omver zoekt te werpen. Zijn (Elivres complètes verschenen 1879 vlg., zijn Correspondance 1885.