geb. te Axel in 1754, studeerde te Utrecht en Leiden in de rechten, en maakte zich bekend door zijn: Verklaring der Unie van Utrecht (4 dln.). Als raad en advocaat-fiscaal der admiraliteit op de Maas deed hij veel om onze verwaarloosde zeemacht weder op te beuren.
Na de omwenteling van 1795 werd hij lid van het departement van marine, curator der leidsche hoogeschool, en opende in 1796 de eerste zitting van de eerste nationale vergadering der Bataafsche Republiek. Hij overleed eenige dagen daarna.