zie Adder.
Pelias
in de grieksche mythologie zoon van Cretheus, den koning van Iolcus, of van Poseidon en Salmoneus’ dochter Tyro, broeder van Neleus en Aeson, stelde zich na den dood van Cretheus in het bezit der heerschappij over Iolcus door Aeson te verdrijven. Om zich later tegen diens zoon Iason (zie ald.), die aanspraak maakte op de heerschappij, te verzekeren, zond P. hem naar Colchis om daar het gulden vlies te halen (zie Argonauten). Toen deze echter behouden was teruggekeerd, overreedde Medea (zie ald) de dochters van P. (de Peliaden), onder voorspiegeling dat zij hun ouden vader zou verjongen, hem te dooden en het in stukken gesneden lijk in een ketel te kooken. De Peliaden vluchtten daarop uit Iolcus naar Mantinea in Arcadië. Acastus, de zoon van P., vierde daarop plechtige lijkspelen ter eere van zijn vader en verdreef Medea met Iason.