Pedirstreek, algemeene naam der tusschen Groot-Atjeh, Straat Malakka en het Gajoegebied gelegen landschappen ter noordkust van Atjeh, Sumatra; P. heeft een kustlijn van 56 km. en een oppervlakte van ongeveer 560 km.2; is over het geheel vlak, bedekt met vruchtbare rijstvelden, djati-aanplantingen enz., doorsneden door talrijke rivieren, o.a. door de Pedir-rivier, die zich ontlast in een lagune, en telt verscheidene uitgestrekte kampongs. Eenige dier landschappen vormen sedert langen tijd de federatie der XII oeleëbalangs, waarvan sinds 1800 de vorst van XII Moekims Pedir het hoofd is.
Een tweede federatie is die der VI oeleëbalangs, waarvan sinds eeuwen de vorst van Gigiëng het hoofd is.
