Gepubliceerd op 28-02-2021

Parket

betekenis & definitie

(verkleinwoord van park), bureau van den procureur-generaal of den officier van justitie, verder: kleine afgesloten ruimte in de gerechtszaal voor de rechters en advokaten, en overdrachtelijk de leden der rechterlijkemacht die daar zitting hebben; in den schouwburg: ruimte tusschen stalles en parterre; beursterm: afgesloten plaats op de beurs voor de makelaars. Ook: ingelegde vloer, inlegwerk.

Voorts naam van een zeker spel, gespeeld met plankjes van verschillende kleur. Figuurlijk: moeilijk geval, lastige toestand.

< >