myth., nymphen van stroomende wateren: rivieren, beken, bronnen; volgens sommige schrijvers dochters van Jupiter en moeders der Silenen en Saters. Zij voedden Mercurius en Bacchus op, als wiens priesteressen zij vaak worden voorgesteld.
Ook lokten zij schoone jongelingen in haar macht, gelijk het geschiedde met Hylas. Volgens Ovidius werden zij door den stroomgod Acheloiis in eilanden veranderd, omdat zij verzuimd hadden deze op een feest uit te noodigen. De N. worden afgebeeld als schoone jonkvrouwen, het hoofd met bloemen getooid en verzot op spel, muziek en dans. De Grieken bewezen haar goddelijke eer.