gr., de vooral door Reuchlin verdedigde uitspraak van het grieksch, waarbij de Ha (ê) als ita (i) wordt uitgesproken en in het algemeen de uitspraak der Nieuwgrieken, welke van de in het overig Europa gebruikelijke zeer veel verschilt, als leiddraad wordt aangenomen; wordt somwijlen ook Iotacisme genoemd. Daartegenover staat het Etacisme, waarvan vooral Erasmus de voorstander was, en dat daarom ook wel de Erasmiaansche uitspraak genoemd wordt.
Zie voorts: Nieuwgrieksche taal.