gemeente in Gelderland, arrond. Zutphen, kanton Zutphen, kiesdistrict Lochem, personeele belasting 8ste klasse, begrensd door de gemeenten Laren en Vorden in Gelderland, en Markelo in Overijsel, groot 2125 H.A.
De bodem bestaat deels uit zand en langs de Berkel en de Bolsbeek uit klei. De gemeente bestaat uit de stad Lochem en de gehuchten KleinDochteren en Armhoede. De stad L. is oud en wordt in een oorkonde van 1059 reeds vermeld. Stedelijke rechten kreeg L. in 1233.De tegenw. bloei dagteekent vooral van 1841, toen de weg van Zutphen naar Goor langs deze plaats werd verlegd. In nog hooger mate werd de bloei bevorderd door de opening van den spoorweg Zutphen—Hengelo. De inwoners bestaan grootendeels van landbouw, maar er zijn ook eenige fabrieken. De stad Lochem heeft een zeer fraai stadhuis. In 1505 moest de stad zich aan de Spanjaarden overgeven en werd in 1506 door Karel van Gelder heroverd; de Spanjaarden maakten zich van haar meester in 1606 en de Munsterschen in 1672, doch moesten in 1674 weder aftrekken. De gemeente heeft 4200 inw. en de stad 2900.
