nederl. letterkundige, geb. 1818, te Amsterdam, overl. ald. in 1884; Geschiedenis van Amsterdam (1850), Nederl. chrestomathie (1847, meerm. herdrukt), Geschiedenis der nederl. letteren (1866), Algem. geschiedenis, 1814—66, enz. Zeegers, (Petrus Joannes) S.
J., geb. 1859 te Alkmaar; van 1882—85 werkzaam aan „De Maasbode”, trad in 1885 in het noviciaat der Sociëteit van Jezus; is r.-kath. priester, leeri aar aan het Collegium Aloysianum (Vetp bij Grave), medewerker aan het tijdschrift „Studiën”, (voorn, bijdragen daarin: Studies over de Madonna in de duitsche schilderscholen der : middeleeuwen; Litterarisch-exegetische studies over de leerwijze des Zaligmakers; Studies over klassieke en moderne poëzie). Bovendien schreef hij eenige opstellen in „De Katholieke Gids” en in dagbladen. Afzonderlijk gaf hij uit: De Parabels van het Evangelie, verklaard voor r.-kath. priesters, religieuzen en i leeken, een zeer vrije bewerking van een soortgelijk boek van L. Fonck S. J., hoogleeraar ; te Innsbruck, verschenen bij G. F. Théonville te Leiden.