duitsch schrijver, geb. 15 Sept. 1756 te Hameln uit arme ouders, zag zich door beschermers in staat gesteld te Wi tutenberg te studeeren, bezocht Engeland, Zwitserland en Italië, en werd toen hoogl. in de oudheidkunde en aesthetiek aan de academie van beeldende kunsten te Berlijn. Zijn talrijke geschriften behandelen mythologische, oudheidkundige, psychologische en taalkundige onderwerpen.
In zijn romans Anton R^iser (Berk 1785, 4 dln.) en Andreas Hartknnpf (Berl. 1786) heeft hij zijn eigen leven gedeeltelijk beschreven. Hij overl. 26 Juni 1793.
