Gadus morrhua of Morrhua vulgaris, een zeevisch uit de familie der Kabeljauwachtigen (zie ald.), die tot 1½ m. lang en tot 50 kilogr. zwaar wordt; hij is olijfkleurig tot bruin met donkere vlekken, aan den buik zilverwit; hij leeft in alle noordelijke zeeën tusschen 40—75° N.B., in het bijzonder nabij Labrador en Newfoundland (waar de K.-visscherij van zooveel beteekenis is, dat over het recht daartoe langdurige onderhandelingen zijn gevoerd), verder om de Lofoden, aan de kusten van Finmarken en Ijsland, enz. In de Noordzee is de K. niet zoo menigvuldig als de verwante schelvisch (zie ald.).
In de vrije lucht gedroogd wordt de K. stokvisch geheeten en in dien toestand vormt hij een belangrijk handelsartikel. Gezouten en daarop gedroogd heet hij klipvisch, alleen gezouten (gepekeld) zoutevisch of labberdaan. Uit de lever wordt levertraan gewonnen. De dorsch wordt door velen voor een verscheidenheid van de K. gehouden, door anderen voor een jonge K.